Schone lucht in de keuken – luxe of noodzaak?

Open keukens zijn de norm, we brengen steeds meer tijd thuis door en duurzaamheid krijgt een prominentere plek bij alles wat we doen. Maar op het gebied van luchtkwaliteit blijven we opvallend traditioneel denken. Afzuiging en ventilatie associëren we nog te vaak alleen met koken – en zodra het eten op tafel staat, gaat de afzuiging weer uit. We laten daar kansen liggen. Zowel voor de consument als voor de branche.

Onze manier van wonen én ventileren is fundamenteel veranderd. De keuken is het hart van het huis geworden, en met de nieuwe bouwmethodes en ventilatiesystemen gaan we anders om met kookdampen dan vroeger. Vaak geen afvoerkanaal naar buiten meer, maar we kiezen voor slimme technieken die de lucht binnen filteren. Is die keuze vooral vanuit design-oogpunt of onderhoudsgemak? Of komt er langzaamaan meer aandacht voor de kwaliteit van de lucht die we inademen, gedurende de gehele dag? 

Zeker in stedelijke gebieden zie ik dat laatste steeds vaker gebeuren. Maar in de keuken zelf reikt dat bewustzijn zelden verder dan het moment van koken. Zonde, want juist in een centrale keuken liggen kansen om luchtkwaliteit structureel mee te nemen in het wooncomfort. Ik geloof dan ook dat de afzuigkap van de toekomst meer wordt dan alleen een kookhulp. Hij wordt onderdeel van een gezonder binnenklimaat, actief op meerdere momenten van de dag. De technologie is er, het bewustzijn nog niet. 

Het valt me op dat in het hogere segment het gesprek over luchtkwaliteit inmiddels wel al vaker gevoerd wordt, bijvoorbeeld over filterprestaties. Maar in het middensegment en de massamarkt blijft prijs nog altijd de doorslaggevende factor. Wat veel consumenten niet weten, is wat luchtkwaliteit precies inhoudt. Ze kennen vaak alleen de traditionele vetfilter en hebben geen idee wat er verder nog mogelijk is, of wat een goed afzuigsysteem kan betekenen voor de luchtkwaliteit in huis en hun leefomgeving. En eerlijk is eerlijk: ook veel verkoopadviseurs gaan het gesprek liever niet aan, tenzij het over design of functies gaat.

Ik zie daar een duidelijke taak voor ons als fabrikanten: zorgen dat retailers goed getraind zijn, dat ze niet alleen productkennis hebben, maar ook uit kunnen leggen wat luchtkwaliteit precies is. Laat verkoopadviseurs zien – met concrete voorbeelden en demonstraties – wat goede ventilatie doet. En vooral: dat het verder gaat dan alleen het koken. Zo koppel je luchtkwaliteit vanzelf aan levenskwaliteit. Als retailers dat vervolgens laten zien aan de consument en luchtkwaliteit niet alleen als upsell in het premiumsegment gebruikt wordt, wordt het een relevant thema voor iedereen. Door te informeren en inspireren zullen er wellicht andere keuzes gemaakt worden.

Ik ben er zeker van dat luchtkwaliteit in de toekomst een grotere rol gaat spelen. Ik ben geen voorstander van regelgeving maar laat het liever organisch groeien, net zoals we energielabels of geluidsniveaus vanzelf zijn gaan meenemen in onze keuzes. Maar dat gaat niet helemaal vanzelf. Daar hebben we als branche een rol in te vervullen. Ben jij klaar om het gesprek over luchtkwaliteit niet langer af te laten hangen van de vraag van de klant, maar zélf op de kaart te zetten?

Gregory Oswald
Managing Director berbel